Grasmaaien

Op deze pagina lees je meer over hoe vaak de gemeente maait en waarom het soms wordt overgeslagen.

Grasmaaien

Het maaiseizoen loopt van april tot en met november. Per groenstrook bepalen we hoe we het gras laten groeien. Hoog gras is goed voor een gezonde en groene stad. Dus: lang waar het kan, kort waar het moet. 

Natuurvriendelijk maaien

Op veel plekken in de gemeente laten we het gras langer groeien en maaien we minder vaak. Waarom doen we dat? Kort gras ziet er strak uit, maar is niet het beste voor de natuur. Hoog gras biedt een fijne leefplek voor insecten, vogels en kleine zoogdieren. En geeft ruimte aan kruiden en bloemen. Zo helpen we de natuur een handje. Op sommige plekken, zoals speelplaatsen, sportveldjes en hondenuitrenplaatsen maaien we vaker. Net als veel plekken waar het voor de verkeersveiligheid nodig is. 

Zo maaien we in Zaanstad

Gazon
Kort gras (tot 15 cm hoog) in parken, (speel)veldjes en recreatiegebieden.
Hier maaien we 20 tot 24 keer per jaar, tussen april en half november. Het maaisel laten we liggen. Dat verdwijnt vanzelf en is voedsel voor het gras. In april en mei slaan we soms maairondes over. Zo krijgen paardebloemen, madeliefjes en andere bloemen de kans om langer te bloeien en uit te zaaien. Ook de slootkant maaien we (op sommige plekken) kort. Daarbij houden we rekening met het broedseizoen van de watervogels. Bankjes houden we vrij, zodat wandelaars en natuurliefhebbers kunnen genieten van het uitzicht op het water.
In Zaanstad hebben we ongeveer 171 hectare gazon. 

Ruig gras
Hoger gras, planten en kruiden (30 tot 40 cm hoog) langs bermen en velden.
Hier 'kepelen' we 2 keer per jaar tussen mei en oktober. Het maaisel wordt verhakseld en blijft liggen. Het gras verruigt en er komt ruimte voor andere begroeiing, zoals ridderzuring, brandnetel, akkerdistel en riet. Bermen langs drukke kruispunten en rotondes maaien we 4 keer per jaar om het zicht vrij te houden voor het verkeer. Naast smalle fietspaden houden we voor de veiligheid ook stroken van één meter korter.
In Zaanstad hebben we ongeveer 135 hectare ruige berm en veld. 

Bloemrijk grasland (ecologisch beheerd)
Gras op heuphoogte (tussen 50 en 100 cm hoog) met bloemen en kruiden langs de bermen, water en velden langs de randen van de gemeente en in de buitengebieden. Het is een kostbare vorm van (ecologisch) beheer, maar van grote waarde voor de natuur. Insecten, vlinders, vogels, salamanders en konijnen vinden hier eten en een slaapplek.
Bloemrijke bermen maaien we 1 tot 2 keer per jaar: in juli/augustus en na 1 oktober. Het maaisel laten we een paar dagen liggen. Zo kunnen zaden vallen en dieren een nieuwe schuilplek zoeken. Daarna voeren we het maaisel af. Zo wordt de grond voedselarm (schraler) waardoor bloemen en kruiden beter groeien.

Andere vormen van bloemrijk grasland maaien we 'gefaseerd'. We slaan dan bewust delen over, die maaien we later. Op sommige plekken laten we schapen natuurlijk 'maaien' en bemesten. Dit zorgt voor een variatie aan bloemen. Met hun hoeven maken ze kleine open plekken in de grond, waar klaprozen en koolzaad erg van houden. Ook hebben we Hooglanders die in parken grazen, zoals het Vijfhoekpark. Daar maaien we de paden, maar verder laten we de natuur daar zoveel mogelijk haar eigen gang gaan.
In Zaanstad hebben we ongeveer 109 hectare ecologisch beheerd grasland.



Bloemenlinten
Bloembollen en ingezaaide bloemenmengsels. Deze woelen we om de 2-3 jaar om en zaaien we opnieuw in. De bloemenlinten zijn prachtig in het voorjaar, maar kostbaar in aanleg en onderhoud. Daarom beplanten we die alleen op speciale (zicht-)plekken. De voorjaarsbloeiers hebben weinig toegevoegde waarde voor de biodiversiteit maar je wordt er na de grauwe winter wel heel vrolijk van. Op sommige plekken zaaien we ze in met inheemse kruidenmengsels.

Rietoevers/ecologische oevers
Riet, kruiden en bramen langs sloten en vaarten worden meer dan een meter hoog. We maaien deze eens per jaar in de winter. Soms zelfs eens in de 2 of 3 jaar. We verzamelen het maaisel en voeren het af. 

Grasaren extra bestrijden

We gaan dit jaar extra inzetten op het bestrijden van grasaren. We halen deze zoveel mogelijk weg rondom hondenlosloopgebieden en in wijken waar de grasaar ’s zomers veel groeit. Ook nemen we de plekken mee waar we veel meldingen van hondenbezitters krijgen. Grasaren zijn vervelend voor dieren. Door de ‘weerhaakjes’ blijven ze kleven in hun vacht. Met name honden hebben hier last van. Het kan uiteindelijk nare klachten geven als ze tussen de tenen, in de neus en in de huid van het vast komen te zitten. Controleer uw hond daarom regelmatig. Wij pakken de grasaren in twee rondes aan: in mei/juni, net voor de bloei en in augustus/september als er grasaren bloeien, om te voorkomen dat ze in het najaar kiemen en het jaar erop weer opkomen.

 Meldingen?

Zorgt het hogere gras voor onveilige (verkeers)situaties? Laat het ons dan weten en doe een melding.

Natuurvriendelijk maaien, Hoe doen we dat? 


De twee groenbeheerders Arjan en Wilco van de gemeente Zaanstad nemen je in korte vlogs mee in de wereld van het maaien.

Bekijk hier alle vlogs

Hoog contrastToegankelijkheidsverklaringGa naar Zaanstad.nl